Componist
Ferdinand Hérold werd in 1791 in Parijs geboren als zoon van een pianist en componist en kleinzoon van een organist. Hij was als kind al met muziek bezig en speelde op 7 jarige leeftijd goed piano en componeerde pianostukken. Hij schreef zich in 1806 in bij het Conservatorium van Parijs en stond in zijn studententijd bekend als piano- en vioolvirtuoos. In 1812 won hij de prestigieuze Prix de Rome. Hij verbleef vervolgens in Italië, Wenen, München en Zwitserland. In Wenen zal hij ongetwijfeld opera’s van Mozart hebben gezien zoals Don Giovanni. Vanaf 1816 woont en werkt hij in Parijs, waar hij vooral actief is als operacomponist, met sterk wisselend succes. Hij werkt als begeleider en koorleider en aan het Theater Italien in Parijs en ontvangt in 1828 de prestigieuze Legion d’Honneur.
In 1828 krijgt Herold een functie aan de Opéra van Parijs. Dien ten gevolge schrijft hij tot 1829 geen opera’s meer, maar ontstaan voor de Opéra enkele balletten, waaronder la Fille mal gardée uit 1828, dat nog steeds wordt gespeeld. Vanaf 1829 schrijft hij weer opera’s voor de Opéra Comique. Pas met Zampa behaalt hij een enorm succes, dat in 1832 nog wordt overtroffen door de opera Le Pré aux Clercs, die tot 1871 1000 uitvoeringen kende. Hérold overlijdt aan tuberculose in 1833, vlak na de première van le Pré aux Clercs en is begraven op het beroemde kerkhof Pere Lachaise in Parijs. Zijn nalatenschap bestaat uit 22 opera’s, 6 balletten, 2 symfonieën, 4 pianoconcerten, drie strijkkwartetten, liederen en andere muziekstukken. Hérold geldt als een van de grondleggers van de Franse Romantische opera, die vooral in de Opéra Comique werd uitgevoerd. De muzikale inspiratie kwam uit Italië (vooral Rossini en Bellini) en uit Duitsland.
Muziek
De muziek van Hérold is typisch voor de Franse opera van die tijd, vol gratie en elegantie en vertoont invloeden uit Italië en Duitsland, met haar voorkeur voor passie en romantiek. De partituur van Zampa is sprankelend, helder, van dramatische kracht en vol van inventieve harmonische bewegingen en instrumentaties. De melodische creativiteit is hoog en de partituur is doorspekt met makkelijk aansprekende deuntjes. Het is kortom een werk dat het ook in onze tijd verdiend om op het toneel gebracht te worden.